Vervanging van de reduceerklep (motoren 1,3 en 1,6 D)
De taak van de reduceerklep is om de oliedruk in het smeersysteem te stabiliseren. De klep bevindt zich aan de zijkant van de romp, achter de krukaspoelie. 0 een te lage oliedruk wordt aangegeven door het branden of gloeien van het controlelampje. In dit geval moet de reduceerklep worden gedemonteerd en gecontroleerd.
■ Draai de afsluitschroef van het drukreduceerventiel los en verwijder de daaronder bevindende veer en de zuiger.
■ Controleer, dat de zuiger niet vastloopt in de zitting en niet significant verontreinigd is. Vervang of reinig de zuiger indien nodig.
■ Plaats de gewassen zuiger en veer. Schroef de plug in met een nieuwe koperen pakking en draai vast met het koppel 30 Nm.
■ Controleer het oliepeil in de motor en vul zo nodig bij.