Wat betreft Italië, het is noodzakelijk om een zeer succesvol ontwerp met acht zitplaatsen te noemen, licht stoomvoertuig van de Italiaanse bouwer Virgilia Bordino, officier, Italiaanse legeringenieur in Sardinië. Drie van dergelijke voertuigen, tot op zekere hoogte gemodelleerd naar Engelse constructies, werden gebouwd in een arsenaal in Turijn. Hun verdere lot is echter onbekend.
Tot de ineenstorting van het autorijden in Engeland als gevolg van de goedkeuring van de Red Flag Act” Frankrijk kon niet opscheppen (foto Cugnotem) enige belangrijke verwezenlijkingen op het gebied van de constructie van motorvoertuigen. Na die tijd nam het echter zeker het stokje van prioriteit over. Dit is gedaan door een uiterst getalenteerde constructeur, een klokkengieter van beroep, Amedee Bollee, zonder gevoel, dat de naam van hem en zijn familie permanent zal worden opgenomen in de geschiedenis van het autorijden.
Na een paar jaar gewijd aan de bouw van zeer succesvolle stoomwagens, Bollee vertrok over een jaar 1873 op de openbare weg met zijn nieuwste stoomomnibus, genaamd "Obeissante"” ("Gehoorzaam”). Het voertuig had twee stoommachines, elk van de achterwielen afzonderlijk aandrijven, en de wielen waren al met rubber bekleed, gevulkaniseerd volgens het Thomson patent.
Naast de waterpijpketel, stoom leveren 20 paarden van de stoommachine, Bollee gebruikte veel nieuwe uitvindingen, m. in. punt stuursysteem, het rijden van de voorwielen van het voertuig in bochten precies langs bochten met de juiste radii. Omdat de omnibus best snel was, moest goed geveerd zijn, om hobbels te neutraliseren, en vooral de rotsachtige wegen van het toenmalige Frankrijk. De constructeur gebruikte zachte bladveren, zoals we zien en in de auto's van vandaag. Ook nieuw was de krachtoverbrenging via een kettingoverbrenging met gebruikmaking van een versnellingsbak.
Bollee heeft meerdere langere reizen gemaakt met dit voertuig, waarvan de reis van Le Mans naar Parijs de geschiedenis is ingegaan. Voertuig met een gewicht tot 4800 kilogram heeft bereikt (op massieve banden) gemiddelde snelheid 42 km/u, waar geen moderne bus zich voor zou schamen, en wat in die tijd zo buitengewoon was, dat ze Bollee had vereeuwigd, als eerste slachtoffer van de eeuwenoude tegenstelling tussen chauffeurs en politie. Bollee ontving op deze reizen maar liefst 75 strafrechtelijke bevelschriften voor het ontwikkelen van buitensporige snelheid (daarmee bijdragend aan de uitvinding van de instelling van strafrechtelijke boetes), omdat zelfs de bereden politieagenten de "verkeersbliksem" niet konden inhalen” en ze kregen haar alleen in de smalle straatjes van de stad tijdens gedwongen stops die nodig waren om de watervoorraad aan te vullen. (De tijd van deze tussenstops werd trouwens meegerekend in de totale reistijd, dat is de basis voor het berekenen van de gemiddelde snelheid).