Koppelingscomponenten

De koppelingsplaat bestaat uit een naaf die op de spie van de koppelingsas is gemonteerd en een steunplaat, waaraan de frictievoeringen zijn vastgeklonken met klinknagels. De klinknagels verbinden de naaf met de achterplaat.
De frictievoeringen zijn gemaakt van speciale materialen, gekenmerkt door een hoge wrijvingscoëfficiënt, weerstand tegen slijtage, weerstand tegen hoge temperaturen (de warmte wordt gegenereerd door wrijving) en weerstand tegen aanzienlijke druk. Het zijn meestal op asbest gebaseerde materialen met veel additieven om de thermische geleidbaarheid te versterken en te verbeteren.
Koppelingsplaten zijn vaak voorzien van torsietrillingsdempers. Hun taak is om het aandrijfsysteem te beschermen tegen trillingen veroorzaakt door plotselinge veranderingen in koppel.
Torsietrillingsdempers zijn extra veren met specifieke eigenschappen, rondom geplaatst tussen de steunplaat en de naaf. Bij plotselinge belasting, b.v.. de veernaven geven mee om de impuls te dempen en over te brengen naar de steunplaat. De frictie-inzetstukken zijn meestal extra dempingselementen, gelegen tussen de steunplaat en de naaf, die de relatieve bewegingen van deze elementen belemmeren.
Er kunnen meerdere of tientallen drukveren zijn. Het zijn cilindrische spiraalveren met een kleine diameter of een, centrale veer met grote diameter, de plaat genoemd.
De drukplaat is meestal gemaakt van gietijzer. Het draait met het handwiel, hij kan echter ook langs de as van de koppeling worden geschoven wanneer deze wordt ontkoppeld. Dit wordt verzekerd door een speciale opstelling van veerconnectoren of speciale nokken in de afscherming die samenwerken met de groeven in het vliegwiel..
De ontgrendelingshendels brengen de axiale beweging van het druklager over op de drukplaat. De hendels zijn er in verschillende vormen en zijn gemaakt van gietstukken, smeedstukken of stempels van plaatstaal.